Hoe pas je de privacy instellingen van jouw Windows computer aan?

1. Diagnosticagegevens beheren

Windows verzamelt gegevens om het systeem te verbeteren. Je kunt kiezen tussen twee niveaus:

• Essentiële gegevens: Minimale gegevens die nodig zijn voor de basisfunctionaliteit.
• Volledige gegevens: Meer gedetailleerde gegevens over je apparaat en gebruikspatronen.

Hoe aanpassen?

1. Ga naar Instellingen > Privacy > Diagnostiek en feedback.
2. Kies de optie Essentiële gegevens voor maximale privacy.

2. Locatie-instellingen aanpassen

Apps en services kunnen je locatie gebruiken om relevante informatie te bieden, zoals het weer of kaarten. Je kunt deze functie volledig uitschakelen of per app beheren.

Hoe aanpassen?

1. Ga naar Instellingen > Privacy > Locatie.
2. Schakel locatie volledig uit of beheer app-toegang onder Apps die je locatie kunnen gebruiken.

3. Camera- en microfoonmachtigingen beheren

Apps kunnen toegang vragen tot je camera en microfoon. Controleer welke apps toegang hebben en schakel dit uit voor onnodige apps.

Hoe aanpassen?

1. Ga naar Instellingen > Privacy > Camera of Microfoon.
2. Zet de toegang uit voor apps die deze functies niet nodig hebben.

4. Advertentievoorkeuren beheren

Microsoft gebruikt een uniek advertentie-ID om gepersonaliseerde advertenties te tonen. Je kunt dit uitschakelen om minder gerichte advertenties te ontvangen.

Hoe aanpassen?

1. Ga naar Instellingen > Privacy > Algemeen.
2. Schakel de optie Laat apps mijn advertentie-ID gebruiken uit.

5. App-machtigingen beheren

Sommige apps vragen toegang tot je contacten, agenda of andere persoonlijke gegevens. Beperk deze toegang tot alleen de noodzakelijke apps.

Hoe aanpassen?

1. Ga naar Instellingen > Privacy.
2. Klik op een specifieke categorie (bijvoorbeeld Contacten of Bestandsysteem).
3. Schakel toegang uit voor apps die je niet vertrouwt.

6. Feedbackfrequentie aanpassen

Windows vraagt soms om feedback over je gebruikservaring. Je kunt instellen hoe vaak dit gebeurt of het volledig uitschakelen.

Hoe aanpassen?

1. Ga naar Instellingen > Privacy > Diagnostiek en feedback.
2. Onder Feedbackfrequentie, kies Nooit om het uit te schakelen.